Voettocht naar Jeruzalem Deel 2
Tsjechië
Was het oude Oost-Duitsland al een stuk grauwer en rommeliger dan in het westen, hier in Tsjechië is het nog een paar graden erger. De wegen zijn slecht, of bestaan uit modderpaden, de huizen in de dorpen staan op instorten, zijn ongeschilderd, slecht onderhouden en staan schots en scheef door elkaar. De bevolking loopt in vooroorlogse lompen. Het is één grote prutbende overal en ik moet zeggen, maar misschien heb ik dat mis, dat de meeste mensen heel chagrijnig op me overkomen. Niemand groet me en niemand toont belangstelling, een groot contrast met de Duitsers die heel gemoedelijk in de omgang zijn. Dit volk is gesloten en leeft in het verleden. Kon ik in Duitsland nog de meeste tijd de voetpaden volgen, hier ga ik de eerste en de tweede dag flink de mist in, omdat zowel gedetailleerde kaarten, als wegwijzers ontbreken. Dagenlang loop ik langs de grote weg van Chomutov naar Praag door een zacht glooiend landschap en vaak in dikke mist of een grauwe bewolking.
Ik kampeer elke nacht in mijn tentje in de bosjes en struiken langs de weg. Ik maak lange dagen en spreek bijna geen mens. Maar precies op mijn verjaardag ben ik in Praag aangekomen en 's avonds drink ik een biertje met een kamergenoot in de bar van de jeugdherberg om het te vieren. Praag is een geweldige stad en er is te veel te zien. Duizend torens steken boven het oude centrum uit en vele culturen hebben hier in hun bouwstijl een stempel achtergelaten. Dagenlang dwaal ik door de straten en kronkelsteegjes en bewonder de Gotische, de Renaissance en de Artnouveau gebouwen. Beklim torens en steek bruggen over, het is te veel om op te noemen en men moet het zelf met eigen ogen zien en ervaren. Ook hier geef ik een interview maar ik betwijfel of het ooit in de Praagse Post is verschenen.
Het is intussen 16 oktober en ik ben alweer op weg. In Praag heb ik wel betere kaarten kunnen kopen en dat stelt me in staat om wat meer de kleinere wegen of de voetpaden te volgen. Het weer is afwisselend bewolkt of zonnig, maar gelukkig valt er weinig regen in deze periode. Na vijf dagen bereik ik Pelhrimov en neem er een dag rust. Er gebeurt weinig sensationeels, het is een kwestie van gestaag doorlopen, een kilometer of 25-30 per dag en 's avonds in het tentje slapen. Onderweg in de dorpjes of stadjes koop ik mijn maaltijd in en 's avonds na mijn wandeling kook ik in mijn tentje een instantmie of spaghetti. Dat gaat allemaal prima en mijn conditie en gezondheid blijft redelijk constant.
Vanuit Pelhrimov reis ik nog eens terug naar Praag om de Poste Restante van mijn familie en vrienden op te halen, maar alweer is er niet veel doorgekomen. Dat blijkt zeer slecht te functioneren in deze landen.
Vanaf Pelhrimov is het nog eens acht dagen lopen naar Wenen in Oostenrijk. In de laatste stad voor de grens, Snojmo, kom ik een Nederlands stel met twee peuters tegen en raak met ze aan de praat. Het blijkt dat ze toevallig in Wenen wonen, waar hij voor een grote Nederlandse firma werkt, en ze nodigen me uit om tijdens mijn verblijf in deze hoofdstad bij hen te overnachten omdat de hotels er nogal duur zijn. Ik neem hun aanbod aan omdat de hele reis behoorlijk veel geld kost en ik totnogtoe al flink veel heb uitgegeven.
Die nacht slaap ik in niemandsland, ik heb mijn tentje opgezet in de struiken op een heuvel tussen de Tsjechische en de Oostenrijkse grens en ik moet toegeven dat ik daar heel goed heb geslapen.
Oostenrijk
In Wenen aangekomen bel ik bij mijn vrienden Tom en Maaike en hun kinderen Pien en Wisse aan en ze hebben de logeerkamer reeds in gereedheid gebracht. Ik heb een thuiskomstgevoel en het is heel erg gezellig bij ze. Maaike wast al mijn goed, terwijl ik in de kleren van Tom rondloop. Er wordt speciaal voor mij vier dagen vegetarisch gekookt en gegeten en we hebben lange gesprekken over mijn reis, het milieu en het leven in Nederland. De volgende dagen bezoek ik het centrum van Wenen en raak bijna onder de indruk van de vele pompeuze rijks- en regeringsgebouwen. Maar het leukst is nog mijn ontmoeting met Danny, een jonge Engelse schilder, die op een rustig hoekje een fraai steegje staat te schilderen. Met een Goghiaanse strohoed op vertelt hij over zijn reizen en welk schilderijtje waar gemaakt is. Ik koop er een van hem om als presentje aan Tom en Maaike te geven. Dan geeft hij mijn die met de piramiden van Giza erbij cadeau. De volgende dag zie ik hem weer en hij heeft zijn prijzen verhoogd omdat hij zulke goede zaken doet hier. Als hij niet oppast wordt hij nog beroemd.
Ik geef nog een interview voor een Weense krant, maar kan niet achterhalen of ze het geplaatst hebben, want ik was alweer onderweg.
Ik volg een paar dagen het Europese voetpad, de E8, langs de Donau en steek bij Nickelsdorf de grens naar Hongarije over. Het is steeds prachtig zonnig najaarsweer en dat maakt het wandelen tot een genot. Als ik in Györ aankom neem ik weer eens een dag rust, want ik heb er alweer zes dagen opzitten en ik moet weer eens bellen, schrijven en wassen. Györ is een leuk plaatsje, maar met een dag is het geheel wel bekeken. Ook de Hongaren zijn heel vriendelijk en tonen veel belangstelling of groeten me in ieder geval veelvuldig, net zoals de Oostenrijkers, die zelf al heel schoon en milieuvriendelijk zijn, zo viel me op. Hier is het Hongaars een handicap en een praatje maken met de plattelandsbevolking valt niet mee als men de taal niet spreekt. Toch weet ik zonder al te veel problemen de hoofdstad Budapest te bereiken, maar vind er de jeugdherberg volgeboekt. Ik neem mijn toevlucht tot een vrij duur alternatief voor één nacht en keer de volgende ochtend om 9 uur terug naar de Citadella. De jeugdherberg is ingericht in een oud fort boven op St. Gellerts Hill en biedt een fantastisch uitzicht over Buda aan de linkeroever en Pest aan de rechteroever van de machtige Dunarivier. Vooral 's avonds na zonsondergang als de stad met zijn vele bruggen oplicht in het duister is het gezicht op het paleis, de Mattias-kathedraal en het parlementshuis adembenemend.
Ik blijf hier langer hangen dan de bedoeling was, maar geniet elke dag van deze geweldige stad. Er is dan ook heel wat te regelen, te wassen, te schrijven, te fotograferen, te zien en te beleven. Via een heel aardig meisje in een reisboek- en kaartenshop kom ik weer in contact met twee journalisten. De een werkt freelance voor Amerikaanse kranten en de ander werkt voor een groot Hongaars nieuwsblad. Een van hen helpt me aan een afspraak met de Hongaarse tv en op de ochtend van mijn vertrek geef ik een interview voor de televisie, dat tegen de avond in het nieuws uitgezonden zal worden. Zo krijgt mijn missie tenminste de airplay die nodig is om mijn Eco-walk tot een klein succes te maken. Helaas ben ik aan de wandel als het nieuws op tv is, maar de volgende dag word ik verschillende malen herkend en begroet door mensen die het wel gezien hebben.
English: Part 1, Holland, Germany, Czech, Austria, Hungary, Romania, Bulgaria, Turkey
English: Part 2, Syria and Jordan
E-mailadres Thijs Postma:
thijs@thijspostma.nlWebadres:
http://www.thijspostma.nl/ecowalkLay-out: Alie van Nijendaal, E-mailadres:
alie@aliepostma.nl
|
Laatste wijziging: 8 december 2018 |